koe OOG  in  OOG  met  de   VERDELGINGSMACHINE   
 
       Inhoudsopgave - Bestellen - Downloaden - Maandblad - Boeken - Archief        
 
Publikatielijst - Landbouwsite - Duurzaamsite - dDH - Links - Verder >>  
 
de mond- en klauwzeercrisis van 2001
 
________    
____
 
 
'HET IS EIGENLIJK EEN BLOEDLINK SYSTEEM'  
 
afhankelijk van import en export
 
 
Gerrit Marsman, biologische boer uit Marknesse in de Noordoostpolder, holt me voorbij als ik zijn erf op loop. Hij heeft het razend druk. Vanmiddag komt de loonwerker de mest injecteren. Gisteren heeft deze op de verschillende weilanden grote gele containers geplaatst en die moet Marsman vanochtend nog vullen, zodat de loonwerker achter elkaar door kan werken. Maar onverwacht drijft er een dikke korst op de mest in de kelder. Die moet kapot gedraaid worden door een grote mixer die Marsman achter een tractor aan het koppelen is. Bovendien heeft hij met het slachthuis afgesproken vanochtend nog twee koeien te brengen.
Als Marsman samen met een medewerker de eerste koe naar het kleine veewagentje trekt en duwt, vertelt hij dat ze nooit, ook vroeger niet in een veewagen wou en helemaal achterin de wei ging staan als ze de veewagen aan zag komen. Hij heeft heel wat achter haar aangehold. De tweede koe heeft hij naar zijn dochter vernoemd. Ook zij blijkt een heel verhaal te hebben. Marsman heeft er moeite mee dat de dieren geslacht worden, vertrouwt hij me toe. "Ik was er gisteravond wel sip van." Maar de beide koeien moeten weg omdat ze vaak last van de uiers hebben en niet voldoende melk leveren.
 
Als we met de veewagen wegrijden, kan ik beginnen met het interview.
 
De mond- en klauwzeercrisis, hoe heeft het zover kunnen komen?
 
"Jaren geleden is er een politiek besluit genomen te stoppen met enten. Ik herinner me nog dat enten. Er waren heel wat boeren die het niet erg vonden dat dat enten stopte, want er waren heel wat koeien die er een geweldige hekel aan hadden. Maar ja, het moest, het was bescherming. Van de ene dag op de andere mocht het niet meer. Toen heb ik dat nooit begrepen. Het was blijkbaar een economisch besluit. Er was een koel rekensommetje gemaakt: het risico maal de kosten van één uitbraak kwam op bedrag x en de extra opbrengsten waren y. En y was groter dan x. Dus geen probleem. Iedereen wist dat er een keer een uitbraak zou komen. Ieder jaar stond er wel een artikel in de landbouwbladen van een professor of een veearts of een boer die waarschuwde voor het risico. Dat het uitbrak was dus geen verrassing. Maar dat de gevolgen zó groot zouden zijn - zeker in Engeland - dat had niemand gedacht. Dat was de grote verrassing."
 
De voorstanders van het 'ruimen' zeggen dat het afmaken en vernietigen van gezonde dieren onontkoombaar is, omdat anders de EU-landen hun grenzen sluiten. En dat betekent het einde voor het overgrote deel van de Nederlandse veehouderij.
 
"Ja, de kans is vrij groot dat die grenzen dicht gaan als hier mond- en klauwzeer is en als er dan geënt wordt en de gezonde dieren niet geruimd worden. Europa is dan zogenaamd één, maar ieder land doet direct de grenzen op slot. Ook Nederland sluit acuut de grenzen als er dioxinekippen zijn in België. Dat geldt ook voor varkenspest."
 
Kunnen we wel zonder die export? We zijn een voedsel exporterend land. We voeren jaarlijks voor zo'n 40 miljard euro uit, waarvan ruim 30 naar EU-landen.
 
"Nederland is hartstikke ímporterend. Dat sprookje moet eens de wereld uit! We zijn een verédelend land. We importeren veevoer van zes miljoen hectare landbouwgrond uit het buitenland, terwijl we zelf maar twee miljoen hectare hebben. Van dat veevoer maken we vlees en zuivel. En daar worden we rijk van. Die veredeling, daar draait onze landbouw op."
 
Dat klopt wel, maar niettemin moeten we voor 40 miljard euro in het buitenland zien te slijten. Dat is driekwart van onze landbouwproduktie. 8
 
"Als veehouders zijn we super afhankelijk, zowel van de import voor het voer, als van de export. Het is eigenlijk een bloedlink systeem. Er zou een reconstructie plaats moeten vinden. Als eerste zouden we dan de import van veevoergrondstoffen aan moeten pakken. Als je die landen uit de Derde Wereld waar dat voer vandaan komt wil helpen, help ze dan een goede veehouderij op te zetten."
"Voor de veehouderij zou de basis gras moeten zijn en afvalprodukten uit de akkerbouw en de voedingsindustrie. Als je het zo uitrekent is in Nederland eigenlijk maar plek voor drie miljoen varkens, in plaats van voor de meer dan dertien miljoen die er nu zijn."
"Ze hebben het toch altijd over 'traceerbaarheid'. Maar de maïs groeit in Amerika en de soja in Brazilië en de tapioca in Thailand. Wat een geleuter. (..) Er mag wat mij betreft in Nederland best geproduceerd worden voor de export, maar je moet uitgaan van de produktiemiddelen. En dan eerst van de grond, dan van arbeid en dan pas van kapitaal. Terwijl nu het kapitaal voorop staat. Als er maar geld te verdienen valt. Naar de grond als basis, daar zou je naar terug moeten. Maar ja, we verdienen wel een bult aan die veredeling."
 
Dan zijn we bij het slachthuis. Gerrit haalt de koe, de naamgenote van zijn dochter, uit de wagen en trekt haar de hal binnen. De man met het grote pneumatische pistool staat klaar. Nog voordat ze goed en wel binnen is heeft hij het op haar voorhoofd gezet. Een tamelijk zachte, doffe knal en het dier zakt slap door al haar vier de poten tegelijk. Even later wordt ze aan een achterpoot opgehesen en snijdt de slachter de beide halsaders door. Een prettig gezicht is het niet, noch voor Marsman, noch voor mij. Maar dit is de consequentie van mijn dagelijkse bakje yoghurt en stukje kaas. Dat had ik me nog nooit zo gerealiseerd.
Als we een kwartier later met het onontkoombare stapeltje paperassen het hek uitrijden, gaat het interview verder.
 
Als de export van vlees en zuivel stil komt te liggen, gaan weet ik hoeveel veehouderijen over de kop. Dat wil je toch ook niet?
 
"In dít systeem blijft er óók niks over. Ik ben er voorstander van dat er zoveel mogelijk boeren overblijven. Maar toen ik begon waren er nog 60.000 veehouders, nu nog maar 30.000. Ik durf het risico wel aan dat het hele systeem over de kop gaat."
 
Dat kan jij makkelijk zeggen met een groot en divers bedrijf; jij redt het wel.
 
"Nou, dat zou ik niet weten. Misschien is het wel eens goed, een soort revolutie. Ik heb liever evolutie, maar ... Ja, er gebeurt erg veel in de landbouw, maar of dat goede ontwikkelingen zijn, of dat evolutie is ... ? De goede stappen zijn niet serieus genoeg. Dan krijgen de varkens in plaats van 0,7 0,8 vierkante meter. Nou ja! Dan zeggen wetenschappers: 'dat is 11 procent meer'."
"Of neem de BSE. Dat is grappig, of eigenlijk triest. Vanwege de BSE is diermeel verbannen uit het veevoer. Maar dan is er te weinig eiwit. Dus er moet meer eiwit in het veevoer. 'Eens even kijken, dan doen we er soja in.' Maar er is zowat geen soja te krijgen wat niet vervuild is met gentech. De biologische boeren zeggen: 'wij willen geen soja, want we willen geen gentech.' Dan zegt de gangbare landbouw: 'dat kan geen kwaad', 'daar is nog niks van aangetoond'. Maar twintig jaar geleden zei de biologische landbouw: 'wij willen geen diermeel, want koeien zijn planteneters'. Toen zeiden ze ook: 'ach, dat kan geen kwaad'. Precies hetzelfde. Ik voorspel je dat er over twintig jaar allerlei problemen zijn met dat gentech. Het is ook zo onnatuurlijk, dat kunstmatige verprutsen van het leven van planten. Maar wat hebben we ervan geleerd, van BSE? We doen het de volgende keer weer: 'is er te weinig eiwit? Ho, daar is het te koop, doen we dat toch.' We denken wéér niet na ..."
 
Waarom ben je dan nog boer, als het er allemaal zo somber uitziet?
 
"Boeren is hartstikke mooi, man! Ieder individuele boer zal dat zeggen, dat het machtig mooi is. Voor ieder boer ligt dat anders, maar voor mij is dat de diversiteit en de vrijheid. Zelf keuzes maken en samenwerken met andere mensen, flexibele werktijden - de hele dag werken dus - hartstikke leuk. Maar een andere boer is knettergek van vee. Mijn schoonzoon heeft 130 koeien en die is daar geweldig goed mee. Daar neem ik mijn petje voor af. Ik ben een manusje van alles. En weer een ander is stapelgek van trekkers. Daarom blijven boeren boeren."
 
Als we het erf oprijden besluit Marsman met: "De basis van de landbouw is de grond, ga daar vanuit, pas daar de landbouw op aan en ga geen diervoer uit Brazilië en Thailand halen." Hij geeft me een snelle hand en holt dan naar de mestkelder. "Je kan binnen gerust mee eten", roept hij me nog toe. Hijzelf eet een boterham op de tractor, zie ik even later als ik naar de bushalte loop.
 
Noot
8. Feiten en Cijfers 2000 - kerngegevens over landbouw, natuurbeheer en visserij in Nederland; ministerie van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij; Den Haag, november 2000; pagina 10, 16, 17. Zie ook: www.minlnv.nl/feiten 
terug
 
*          *           *

Verder naar het volgende hoofdstuk. >>
<< Terug naar het begin van dit hoofdstuk.
Naar de inhoudsopgave van Oog in Oog met de verdelgingsmachine.
 
 
 
 
 


_
___