_________
| De Duurzaamsite / Nieuws 2005 |
Jut en Jul gaan naar Hong Kong
Impressie van het 'Brinkhorst Tribunaal' deel 2, over zijn internationale economische beleid, met name in het kader van de Wereldhandelsorganisatie (WTO). Zie ook de aankondiging van deel 1.
Door Theo Ruyter
Jut en Jul gaan gewoon naar Hong Kong, tot meerdere eer en glorie van het Nederlands bedrijfsleven. Dat was de onuitgesproken slotzin van het Tribunaal op 26 oktober in Den Haag, waar het internationale economische beleid van deze regering aan de kaak werd gesteld. De aanklagers hadden weliswaar grote twijfels uitgesproken over de deelname van minister Brinkhorst van Economische Zaken (EZ) en zijn assistente voor Ontwikkelingssamenwerking (OS) Van Ardenne aan de aanstaande (half december) topconferentie van de Wereldhandelsorganisatie (WTO), maar ik vermoed dat vrijwel iedereen bij het verlaten van de rechtszaal die slotzin in zijn hoofd had.
De vorige vergelijkbare conferentie van de WTO, in 2003 in Cancun (Mexico), werd een mislukking, omdat de ontwikkelingslanden eindelijk eens collectief hun tanden lieten zien. Vandaar dat de aloude, allang schatrijk geworden, industrielanden sindsdien alles op alles zetten om een herhaling te voorkomen. Hun inzet is echter dezelfde gebleven: de internationale handel moet worden vrijgemaakt en aangezwengeld, want daar hebben alle landen profijt van. Dat hebben ook onze twee ministers, niet gehinderd door enig origineel inzicht in de hedendaagse wereldeconomie, stelselmatig van de daken geschreeuwd.
De bijeenkomst van 26 oktober was het vervolg van een zitting die op 14 april van dit jaar in het Haagse Nieuwspoort plaatsvond (zie Ravage #6). De groep 'Vóór de Verandering' had toen minister Brinkhorst gedagvaard en een tiental getuigen opgeroepen, die met name uit de doeken deden welke schadelijke effecten het beleid van deze minister heeft voor massa's mensen in ontwikkelingslanden. De minister verscheen evenwel niet en had zelfs niet de moeite genomen schriftelijk te reageren.
Na die eerste zitting heeft minister Brinkhorst op 1 juli een uitgewerkte schriftelijke aanklacht ontvangen, met de uitnodiging zijn beleid in oktober te komen verdedigen. Ruim een maand later stuurde hij een brief, waarin hij meedeelde niet op de uitnodiging te zullen ingaan. Hij was namelijk, na lezing van de aanklacht, tot de overtuiging gekomen dat het niet ging om een 'zakelijk debat op basis van gelijkheid' en dat de uitkomst al bij voorbaat vaststond. Terloops verklaarde hij zich in de brief 'bereid om, in aanvulling op het overleg met het parlement, ook met representatieve maatschappelijke groeperingen van gedachte te wisselen over de Nederlandse opstelling in de WTO'.
Dit laatste werd tijdens de tweede zitting gekwalificeerd als een loze en leugenachtige bewering. Met name Anne van Schaik van Milieudefensie kwam met voorbeelden, waaruit bleek dat - mede door de vooringenomen houding van zijn naaste adviseurs - deze minister in fundamentele zaken het debat uit de weg gaat. Een andere bewering in de brief - "Voor het beleid van de regering inzake de WTO bestaat in de kamer ruime steun" - kon helaas niet worden getoetst, omdat het enige Kamerlid dat zijn medewerking aan de zitting had toegezegd (Kees Vendrik van GroenLinks) het in tweede instantie liet afweten.
De drie hoofdelementen van de tweede zitting van het Tribunaal waren: een aanscherping van de schriftelijke aanklacht, de inbreng van een jury van drie onafhankelijke deskundigen en een stemming over de door de regering te volgen gedragslijn met betrekking tot de conferentie in Hong Kong.
Wat het eerste element betreft kwamen diverse getuigen met aanvullende informatie over de effecten van het heersende WTO-beleid. Zo vestigde Peter Custers (XminY) de aandacht op twee recente onderzoeken, die aantonen dat landen ten zuiden van de Sahara gezamenlijk miljarden dollar aan inkomsten zijn misgelopen als gevolg van het door het bekende trio Wereldbank, IMF en WTO opgedrongen liberaliseringsbeleid. In het geval van Kenia alleen was uitgerekend dat zonder liberalisering het land ondertussen zelf al zijn buitenlandse schulden had kunnen aflossen. Over een ding waren de getuigen het dan ook hartgrondig eens: de Doharonde, zo genoemd naar de conferentie die de WTO in 2001 (na de schok van Seattle!) in Qatar op touw had gezet, draagt ten onrechte het officiële stempel ontwikkelingsronde. Volgens Roelien Knotnerus van het GATS-platform, die de week daarvoor nog in de wandelgangen van een voorbereidende vergadering van de WTO in Genève had rondgelopen, zagen delegaties van ontwikkelingslanden stuk voor stuk wel in dat niet hun belangen vooropstaan, maar de markttoegang voor bedrijven uit de rijke landen.
Een bijzondere getuige was Rodrigo Fernandez, plaatsvervanger van de Amsterdamse hoogleraar Kraetke, die een boekje opendeed over de neoliberale ideologie en de manier van denken van 'marktsisten' zoals Brinkhorst. Deze mensen kunnen zich, zei hij, geen ander ontwikkelingsmechanisme voorstellen dan de 'vrije markt' en geen ander politiek systeem dan het huidige waarin de economie doel in plaats van middel geworden is. Hij vergeleek hen dan ook met de aanhangers van willekeurig welke andere religie. Het jurylid Burghard Ilge reageerde hier later op met de waarschuwing dat dit niet kon worden aangevoerd als een verzachtende omstandigheid, omdat een minister in functie zich niet kan beroepen op het recht van godsdienstvrijheid.
De jury liet zich overigens in de loop van de zitting niet onbetuigd door kritische vragen te stellen en aanvullende informatie te verschaffen. De drie leden bleken uiteindelijk nogal verdeeld, toen zij de vraag moesten beantwoorden of minister Brinkhorst beter thuis kon blijven vanwege medeplichtigheid aan het wangedrag van de WTO of juist wel en ook namens de criticasters naar Hong Kong zou moeten vertrekken. Bertram Zagema constateerde dat deze regering zich veel te weinig inzet voor de belangen van ontwikkelingslanden en dat het op het ministerie van buitenlandse zaken (waar ook minister Van Ardenne zetelt) wel heel erg stil blijft. Toch vond hij dat de minister erheen moest gaan, waarbij hij hoopte op een positieve impuls vanuit de Kamer.
Dit laatste werd gedeeld door zijn collega Burghard Ilge, die de aanklagers opriep hun zorgen bij de Kamer neer te leggen. Maar al was de aanklacht in zijn oren nog zo 'bezwarend' en vond hij de afwezigheid van de minister een veeg teken, hij kon geen eenduidig ja of nee antwoorden op de gestelde vraag. Lucas Reijnders daarentegen wel.
De WTO vertoont, zei hij, zoveel grove gebreken en de aanloop naar Hong Kong biedt zo weinig aanwijzingen dat er iets moois van te verwachten valt dat de minister beter hier kan blijven en iets anders gaan doen.
De aanwezigen in de rechtszaal sloten zich in overgrote meerderheid bij Reijnders aan. Wie de zitting heeft gemist kan nog tot eind november haar/zijn stem uitbrengen via het Internet: www.globalternatives.nl/raadpleging. Me dunkt een uitgelezen kans voor al die dragers van een wit bandje, die in december weer gemobiliseerd zullen worden wanneer minister Brinkhorst zich allang in Hong Kong heeft verschanst.
Foto's © 2005 Socia Media, Boyd Noorda, Socia Media, 070-3654124. Grote versies op aanvraag.
_____
menu |
dDH