________ |
|
____ |
GEEN GENTECH, MAAR 'LOKALE AGRO-BIODIVERSITEIT'
brochure over gentech in de Derde Wereld
Is gentech een veelbelovende nieuwe techniek die de honger in
de Derde Wereld kan terugdringen? Helemaal niet, menen
Milieudefensie en de ontwikkelingsorganisatie Hivos. Eind
november organiseerden zij een symposium over deze vraag en
nodigde daarvoor drie landbouwdeskundigen uit het Zuiden uit
die veel te maken hebben met kleine boeren.
Onlangs verscheen er een helder, informatief, beknopt en
leesbaar verslag van de bijeenkomst onder de titel: Na de
Groene Revolutie de Genen Revolutie? - vraagtekens bij
gentechnologie in ontwikkelingslanden.
Milieudefensie en Hivos winden er geen doekjes om: "Alle
veronderstelde mogelijkheden van genetische manipulatie voor
verbetering van de wereldvoedselsituatie ten spijt, de
realiteit is ontnuchterend. Driekwart van alle GGO's
(Genetisch Gemodificeerde Organismen) die in 1999 wereldwijd
commercieel werden verbouwd zijn herbicidetolerante
variëteiten (gewassen die immuun zijn voor een heftige
onkruidverdelger zoals bijvoorbeeld Roundup van Monsanto,
zodat een boer net zo vaak kan spuiten als hij wil - jps).
Voorlopig dienen GGO's in de landbouwpraktijk dan ook vooral
de belangen van agrochemische industrie. Dit gebeurt door
middel van bevordering van koppelverkoop (zaaigoed en
bestrijdingsmiddel). Men richt zich op grootschalige
producenten die exportgericht produceren en intensief gebruik
maken van chemicaliën. Ook met de verandering in
samenstelling van de gewassen wordt vaak het belang van de
industrie gediend, bijvoorbeeld door landbouwprodukten beter
geschikt te maken voor industriële verwerking. Nog los
van het realiteitsgehalte van claims dat GGO's zouden
bijdragen aan een efficiëntere landbouw of aan het
oplossen van het wereldvoedselprobleem, laat de huidige
praktijk ondubbelzinnig zien dat dit vooralsnog niet de
intenties van de gentech-industrie zijn, maar eerder
gelegenheidsargumenten."
(..)
"Door eenzijdige voorlichting, 'valse' subsidies en
koppelverkoop (genetisch gemanipuleerd zaad + chemicaliën
+ krediet) worden boeren in een afhankelijkheidspositie
gebracht. De ervaring leert dat wanneer zelfvoorzienende
boeren nieuwe zaden en ander inputs samen met een
kredietregeling wordt aangeboden, een groot aantal van hen
niet genoeg opbrengst kan genereren om de schulden die ze
hiervoor zijn aangegaan terug te betalen. In veel gevallen
zien ze zich gedwongen hun land te verkopen om de schulden af
te lossen. Grotere, commerciële boeren kopen dit land op
en bewerken dit met landbouwmachines en niet met menskracht,
waardoor de werkgelegenheid in de landbouw afneemt. Net als
tijdens de Groene Revolutie is een nieuwe golf van
faillissementen en toegenomen werkeloosheid het resultaat. In
Punjab (India) reduceerde de Groene Revolutie tussen 1970 en
1980 het aantal kleine boerderijen met een kwart. In de Pampa
van Argentinië nam door intensivering van de soja-teelt,
waarbij sinds 1996 op grote schaal gebruik wordt gemaakt van
(de genetisch gemanipuleerde) Roundup Ready-variëteiten,
het aantal producenten met een derde af en is de helft van het
land al niet meer in handen van de boeren die de grond
bewerken."
(..)
"Grootschaligheid is geen garantie voor efficiëntie.
Kleinschaligheid overigens ook niet. De manier van bewerking
is doorslaggevend. Wat de opbrengst per hectare betreft kunnen
biologische mengteelten, ook van kleine boeren, prima
concurreren met chemie- en biotechnologie-intensieve teelt.
Zimbabwe - landbouwkennis
Andrew Mushita, directeur van de CTDT (Community Technology
Development Trust) te Zimbabwe: "Twee jaar geleden kwamen
enkele Zimbabwaanse overheidsinstanties, NGO's,
vertegenwoordigers van lokale gemeenschappen en bedrijfsleven
in Harare bijeen om te confereren over de toekomst van de
landbouw en GGO's in Zimbabwe. De discussie ging ondermeer in
op de introductie van Bt-katoenplanten van Monsanto en de
bijbehorende vraag of de kosten van met name pesticiden
hierdoor konden worden teruggebracht. Veel kritische vragen
werden bij de conferentie gesteld omtrent de machtspositie van
grote bedrijven en omtrent de vraag of kleine boeren wel
positief effect van GGO's konden verwachten. Iedereen was het
erover eens dat bedrijven monopolies zouden ontwikkelen en
daarmee de prijs van zaaigoed onafhankelijk zouden kunnen
bepalen. Desondanks werd besloten GGO's tot het land toe te
laten. Hierbij moesten wel strikte veiligheidsmaatregelen in
acht worden genomen en mogelijke produkten moeten uitgebreide
tests ondergaan. Op regeringsniveau werd een Biosafety Board
opgericht, die verantwoordelijk is voor het onderzoeken en
keuren van GGO's. Civil Society organisaties in Zimbabwe staan
kritisch tegenover de introductie van GGO's. Vraagtekens
worden geplaatst bij de gevaren voor milieu, biodiversiteit,
voedselzekerheid en de sociaal-economische consequenties. In
het bedrijfsleven en de universiteitswereld zijn de
voorstanders te vinden.
(..)
Zelfvoorziening bestrijdt honger. Spil hierbij is het duurzaam
gebruik van lokale agro-biodiversiteit. Bij boeren is een
enorm potentieel aan landbouwkennis aanwezig, die van nature
verbonden is aan biodiversiteit. Brede erkenning en
verspreiding hiervan is essentieel. Algemeen toegankelijke
zaadvoorraden en medezeggenschap bij de verdeling ervan is een
belangrijk middel bij het bestrijden van honger. Het behoud
van divers genetisch materiaal verzekert de boer van
uitgangsmateriaal dat zelfvoorziening kan garanderen. Wij
werken aan de ontwikkeling en distributie van hoogwaardige
zaden. We stimuleren het bewaren van zaden in
gemeenschappelijke zaadbanken en ondersteunen het verwerken
tot produkten van inheemse gewassen voor lokale markten."
|
India - Neem-boom
Wat zijn de gevolgen van de patenten op planten en dieren voor
de bewoners van de Derde Wereld? De kwestie van de Neem-boom
maakt veel duidelijk.
Deze boom is een van oorsprong Indiaas en is de afgelopen
eeuwen in veel andere (sub)tropische landen is
geïntroduceerd. 'Neem-boom' betekent 'vrije boom', of
'gratis boom', alle produkten waren namelijk vrij toegankelijk
voor iedereen. Neem beschikt over heilzame en antiseptische
eigenschappen. Vrijwel iedereen in India is vertrouwd met de
werking ervan. Miljoenen Indiërs verwerken de
bestanddelen van de boom nog steeds zelf. Ook is er een groot
assortiment produkten op Neem-basis verkrijgbaar, van
kosmetica en tandpasta tot bestrijdingsmiddelen. Op deze
artikelen is nooit octrooi aangevraagd, want dat is verboden
in India als het gaat om agrarische en medicinale produkten.
Groot was dan ook de schrik toen begin jaren '90 bleek dat in
Europa en de Verenigde Staten patenten waren toegekend aan
tientallen Neem-produkten. Protest werd aangetekend door
maatschappelijke organisaties. Het conflict groeide uit tot
een bitter internationaal debat over ethiek en intellectueel
eigendomsrecht. Eén van de patentaanvragen betrof een
schimmelbestrijder die uit olie van Neem-zaden wordt
geëxtraheerd. Het octrooi veroorzaakte een prijsstijging
van de schimmelbestrijder, waardoor het voor lokale boeren,
die niet zelf over Neem beschikken, onbereikbaar werd. Het
patent werd aangevochten door een coalitie van
maatschappelijke organisaties uit zowel Zuidelijke als
Westerse landen met als argument dat het schimmelbestrijdend
effect al eeuwen bekend is en breed wordt gebruikt. De
coalitie werd in het gelijk gesteld. Volgens het Europees
octrooirecht is de Neem-schimmelbestrijder geen uitvinding. Na
deze overwinning riep de coalitie het Europees Patentbureau op
om alle bestaande en in behandeling zijnde Neem-patenten af te
wijzen.
De Neem is maar één voorbeeld in een lange
rij van gewassen die door patentering in handen (dreigen) te
komen van bedrijven uit het Westen.
|
Filippijnen - 'gouden rijst'
Elenita Daño van het Southeast Asia Regional Institute
for Community Education, gelooft niet in de beloften van
'gouden rijst': "Het is ronduit ironisch dat de 'gouden
rijst' ontwikkeld wordt voor landen die van oudsher bekend
staan om hun diversiteit aan vitamine A-rijke gewassen. De
boerenfamilies die nu gebrek lijden waren eens de verbouwers
van zeer voedzame en vitaminerijke gewassen. Nog ironischer is
het dat de Groene Revolutie, die erop was gericht om de
produktie van bulkgewassen als rijst en graan te verhogen, de
hoofdoorzaak is van het vitamine- en mineralengebrek, zoals
zich dat de afgelopen dertig jaar heeft voorgedaan in de
landen die 'fenomenale' produktiestijgingen van graan hebben
gekend, zoals India. In de Filippijnen krijgen nog steeds
alleen die boeren krediet of verzekering, die bepaalde
gecertificeerde zaden, kunstmest en pesticiden gebruiken. De
intensieve landbouw, de monoculturen en het gebrek aan
biodiversiteit, die de Groene Revolutie kenmerkten, zijn de
hoofdschuldigen bij het ontstaan van vitaminegebrek in de
boerengemeenschappen vanaf de jaren '70. Veel grond waar
voorheen vitaminerijke gewassen groeiden, werd omgeploegd voor
het verbouwen van rijst en graan. In deze gebieden veranderde
het voedingspatroon dan ook radicaal."
Daño ziet veel overeenkomsten tussen de Groene
Revolutie en de Genen Revolutie. "Dezelfde spelers die nu
'gouden rijst' promoten, promootten indertijd de Groene
Revolutie: organisaties als het onderzoeksinstituut IRRI en de
Rockefeller Foundation. Dezelfde instituten die de problemen
in eerste instantie veroorzaakt hebben, schrijven nu eenzelfde
soort 'oplossing' voor. Terwijl er een beter alternatief is:
het verschaffen van toegang tot goedkope, natuurlijke
voedingsbronnen en het voorlichten van de bevolking over goede
en vitaminerijke voeding. Maar in plaats van dat te
ondersteunen wordt 'gouden rijst' als oplossing aangedragen.
Deze 'oplossing' bevordert uniformiteit in plaats van
diversiteit, en verdoezelt het feit dat vitaminegebrek een
produkt is van armoede, ongelijkheid en gebrekkige toegang tot
natuurlijke hulpbronnen.
Terwijl zaadfirma Zeneca trots verkondigt dat ze de
technologie gratis aan boeren in het Zuiden ter beschikking
stelt, zijn er nog veel onduidelijkheden over de manier waarop
deze belofte zal worden verwezenlijkt. Er rusten immers nog
zeven patenten op produkten en produktieprocessen die bij de
ontwikkeling van vitamine A-rijst gebruikt worden. Publieke
onderzoeksinstellingen mogen dan wel gratis gebruik maken van
de onderzoeksresultaten om met overheidsgeld verder onderzoek
te doen, het is onwaarschijnlijk dat het eindprodukt de boeren
in het Zuiden gratis ter beschikking komt."
Toch blijft Daño optimistisch over de toekomst:
"Ondanks de schade die de Groene Revolutie heeft
aangericht is in rurale gemeenschappen veel traditionele
landbouwkennis bewaard gebleven, evenals positieve tradities
zoals de vrije uitwisseling van zaden en kennis. Nog steeds
bewaren boeren zaden en kweken ze hun eigen variëteiten.
Vaak ook met behulp van uitkruising met moderne soorten. Zo
ontstaan nieuwe, aan de specifieke eisen van de lokale
omgeving aangepaste gewassen. Hierdoor geïnspireerd zijn
maatschappelijke organisaties ontstaan die zich ten doel
stellen boeren de toegang en de controle over hun genetische
bronnen terug te geven en het traditionele
kennis(uitwisselings)systeem te ondersteunen. Het zaaigoed van
Zuidelijke boeren blijkt vaak net zo goed te zijn als het
moderne en soms zelfs beter. Gezamenlijk met organisaties van
kritische consumenten in stedelijke gebieden en het Noorden
kunnen Zuidelijke boerenorganisaties met hun kennis een
tegenwicht bieden aan het dominante, door het bedrijfsleven
gestuurde, landbouwonderzoek."
|
Bron
Dit artikel bestaat uit licht bewerkte fragmenten uit:
Na de Groene Revolutie de Genen Revolutie? - vraagtekens
bij gentechnologie in ontwikkelingslanden; Milieudefensie
en Hivos; Amsterdam en Den Haag, 2001; in totaal 19 pagina's.
Brochure bestellen: bel Milieudefensie: 020 62 62 620.
Meer informatie: www.milieudefensie.nl en www.hivos.nl
* *
*
Begin maart verschijnt de volgende serie artikelen.
Reacties naar: jpsmit@xs4all.nl
Verder naar het
volgende artikel >>
<< Terug naar het begin van dit artikel.
Naar
overzicht februari.
_
|
___ |