ACHTERBAN
MOBILISEREN
In onzeWereld van februari vragen
Eveline Herfkens (p. 2) en Stan Termeer (p. 3) waarom de Nederlandse
ontwikkelingsorganisaties hun achterban niet mobiliseren. De onderhavige kwestie
is het zeker waard: vrije toegang tot Europa voor producten uit de 48 armste
landen, zoals voorgesteld door EU-commissaris Pascal Lamy.
Het antwoord is simpel: die
ontwikkelingsorganisaties hebben geen noemenswaardige mobiliseerbare achterban.
De rol van de achterban binnen ontwikkelingsorganisaties en andere zich
'professionaliserende' one-issue bewegingen is de afgelopen 25 jaar steeds
passiever geworden. Betaalde 'professionals' doen tegenwoordig het werk:
ontwikkelings-, lobby- en educatieprojecten. De achterban mag contribueren,
doneren en collecteren. Slechts
weinig organisaties weten hun achterban nog een 'handelingsperspectief' te
bieden dat verder gaat dan handtekeningen zetten en voorgedrukte briefkaarten
versturen. Ook de belangrijkste uitzondering, de Wereldwinkel gerund door
vrijwilligers, is op z'n retour. 'Professionele', betaalde krachten verkopen
meer.
De nieuwe
klassentegenstelling, die tussen deskundigen en passieve consumenten, die een
toenemend deel van de kloof tussen arm en rijk in de wereld verklaart, is ook
doorgedrongen in de wereld van de 'actiegroepen' en verlamt elke 'beweging'. De
anti-globaliseringbeweging, die in de woorden van Stan Termeer 'duizenden
demonstranten' op de been brengt 'overal waar Wereldbank, IMF en WTO
vergaderen', is kennelijk nog te jong en te weinig geïnstitutionaliseerd.
Of is het misschien een voorbeeld van een nieuw soort beweging, die door
netwerk-structuur en internet-gebruik immuun is voor 'professionalisering'?
Welke rol heeft deze mailinglist daarin of zou deze daarin kunnen
hebben?
Wim Nusselder,
Haarlem