HOOFDSTUK 30 VERSTERKING VAN DE ROL VAN HET BEDRIJFSLEVEN
INLEIDING
30.1.Het bedrijfsleven, met inbegrip van multinationale ondernemingen, speelt een cruciale rol bij de maatschappelijke en economische ontwikkeling van een land. Een stabiel overheidsbeleid stelt het bedrijfsleven in staat en moedigt het aan om degelijk en doeltreffend werkzaam te zijn en om beleid gericht op de lange termijn te implementeren. Aan vergroting van de welvaart, een belangrijk doel van het ontwikkelingsproces, wordt in de eerste plaats door de activiteiten van het bedrijfsleven bijgedragen. Grote en kleine, formele en informele ondernemingen bieden belangrijke kansen op handel, werkgelegenheid en het voorzien in het levensonderhoud. Kansen voor vrouwen in het bedrijfsleven leveren een bijdrage aan hun beroepsmatige ontwikkeling, waarbij hun economische rol versterkt wordt en sociale systemen veranderd worden. Het bedrijfsleven, met inbegrip van multinationale ondernemingen, en de vertegenwoordigende organisaties ervan dienen volledig te participeren in de implementatie en evaluatie van aan Agenda 21 gerelateerde activiteiten.
30.2.Door middel van meer doeltreffende produktieprocessen, preventieve strategieën, schonere produktietechnologieën en -procedures tijdens de levensduur van het produkt, waardoor de hoeveelheid afval wordt verminderd of tot nul gereduceerd, kunnen het beleid en de activiteiten van het bedrijfsleven, met inbegrip van multinationale ondernemingen, een belangrijke rol spelen bij het beperken van de schadelijke invloeden op het gebruik van hulpbronnen en op het milieu. Technologische vernieuwingen, ontwikkeling, toepassingen, overdracht en de ruimere aspecten van partnerschap en samenwerking liggen grotendeels op het terrein van het bedrijfsleven.
30.3.Het bedrijfsleven, met inbegrip van multinationale ondernemingen, dient te erkennen dat milieubeheer onder de hoogste bedrijfsprioriteiten valt en een beslissende factor is voor duurzame ontwikkeling. Sommige bedrijfsleiders met vooruitstrevende ideeën implementeren reeds "verantwoordelijke zorg" en beleid en programma's voor rentmeesterschap wat produkten betreft, waarbij openheid en dialoog met werknemers en het publiek bevorderd worden en milieu-inspecties en -controles op de naleving uitgevoerd worden. Deze leiders van ondernemingen, met inbegrip van multinationale ondernemingen, nemen in toenemende mate vrijwillige initiatieven, waarbij ze zelfregulering en grotere verantwoordelijkheid stimuleren en implementeren om te waarborgen dat hun activiteiten minimale invloed hebben op de menselijke gezondheid en het milieu. De regulerende maatregelen die in veel landen zijn ingevoerd en het groeiende bewustzijn van consumenten en het totale publiek en bedrijfsleiders met vooruitstrevende ideeën, met inbegrip van multinationale ondernemingen, hebben hieraan bijgedragen. Een positieve bijdrage van het bedrijfsleven, met inbegrip van multinationale ondernemingen, aan duurzame ontwikkeling kan in toenemende mate bereikt worden door het gebruik van economische instrumenten zoals vrije-marktmechanismen waarin de prijzen van goederen en diensten intoenemende mate, afhankelijk van voor ieder land specifieke voorwaarden, de milieukosten van hun grondstoffen, produktie, recycling en verwijdering dienen te weerspiegelen.
30.4.De verbetering van produktiesystemen door technologieën en processen die de hulpbronnen doeltreffender gebruiken en tegelijkertijd minder afval produceren - meer bereiken met minder - vormt een belangrijke weg naar duurzaamheid voor het bedrijfsleven. Evenzo zijn bevordering en aanmoediging van inventiviteit, concurrentie en vrijwillige initiatieven noodzakelijk om meer gevarieerde, doeltreffende en effectieve alternatieven te stimuleren. Teneinde deze belangrijke vereisten te realiseren, en om de rol van het bedrijfsleven, met inbegrip van multinationale ondernemingen, verder te versterken, worden de volgende twee programma's voorgesteld.
PROGRAMMATERREINEN
A.Het bevorderen van een schonere produktie
Uitgangspunten
30.5.In toenemende mate wordt erkend dat produktiewijzen, technologieën en managementsystemen waarbij de hulpbronnen niet doeltreffend gebruikt worden, overschotten gecreërd worden die niet hergebruikt worden, afval voortgebracht wordt dat nadelige invloeden heeft op de menselijke gezondheid en op het milieu en produkten vervaardigd worden die, bij gebruik, bijkomende schadelijke invloeden hebben en moeilijk te hergebruiken zijn, vervangen moeten worden door technologieën, verstandige toepassingen van techniek en managementsystemen en -deskundigheid die ertoe leiden dat de hoeveelheid afval gedurende de produktketen geminimaliseerd wordt. Het concept van een schonere produktie impliceert dat een optimale doeltreffendheid in iedere fase van de produktketen nagestreefd wordt. Dit zou resulteren in een verbeterde algemene concurrentiepositie van de onderneming. De behoefte aan de overgang naar een schoner produktiebeleid werd erkend op de door de UNIDO georganiseerde Ministersconferentie inzake Ecologisch Duurzame Industriële Ontwikkeling, die gehouden werd te Kopenhagen in oktober 1991.
Doelstellingen
30.6.Regeringen en het bedrijfsleven, met inbegrip van multinationale ondernemingen, dienen ernaar te streven de doeltreffendheid van het gebruik van hulpbronnen te vergroten met inbegrip van de uitbreiding van hergebruik en recycling van reststoffen, en de hoeveelheid afval per geproduceerde eenheid te beperken.
Activiteiten
30.7.Regeringen en het bedrijfsleven, met inbegrip van multinationale ondernemingen, dienen hun samenwerking te versterken ten behoeve van de implementatie van de beginselen en criteria voor duurzame ontwikkeling.
30.8.Regeringen dienen in overleg met het bedrijfsleven, met inbegrip van multinationale ondernemingen, een geschikte combinatie van economische instrumenten en normatieve maatregelen zoals wetten, wetgeving en richtlijnen vast te stellen en te implementeren teneinde de toepassing van een schonere produktie te bevorderen, met speciale aandacht voor kleineen middelgrote ondernemingen. Vrijwillige particuliere initiatieven dienen tevens te worden aangemoedigd.
30.9.Regeringen en het bedrijfsleven, met inbegrip van multinationale ondernemingen, de universitaire wereld en internationale organisaties dienen te streven naar de ontwikkeling en implementatie van concepten en methodologieën om de milieukosten in de prijzen te verwerken.
30.10.Het bedrijfsleven, met inbegrip van multinationale ondernemingen, dient te worden aangemoedigd om:
(a)Jaarlijks verslag uit te brengen over hun activiteiten op milieugebied, alsook over hun gebruik van energie en natuurlijke hulpbronnen;
(b)Gedragscodes te onderschrijven die de beste milieupraktijken bevorderen, zoals het Business Charter on Sustainable Development van de Internationale Kamer van Koophandel (ICC) en het initiatief tot verantwoordelijke zorg van de chemische industrie, en verslag uit te brengen over de implementatie van deze codes.
30.11.Regeringen dienen samenwerking tussen ondernemingen te bevorderen inzake technologie en know-how, met inbegrip van aspecten van inventarisatie, evaluatie, onderzoek en ontwikkeling, management, marketing en toepassing met betrekking tot schonere produktiemethoden.
30.12.De industrie dient een op een schonere produktie gericht beleid in haar ondernemingen en investeringen op te nemen, waarbij rekening gehouden wordt met haar invloed op leveranciers en consumenten.
30.13.Werkgeversorganisaties dienen met werknemers en vakbonden samen te werken om voortdurend de kennis en vaardigheden voor het implementeren van activiteiten inzake duurzame ontwikkeling te verbeteren.
30.14.Werkgeversorganisaties dienen individuele bedrijven aan te moedigen om op alle niveaus programma's voor de verbetering van milieubewustzijn en milieuverantwoordelijkheid in te voeren, opdat deze ondernemingen zich richten op de taak om de nadelige gevolgen van hun handelingen voor het milieu te verminderen, gebaseerd op internationaal geaccepteerde management-praktijken.
30.15.Internationale organisaties dienen voorlichtings-, opleidings- en bewustmakingsactiviteiten met betrekking tot een schonere produktie uit te breiden, in samenwerking met de industrie, de universitaire wereld en relevante nationale en plaatselijke overheden.
30.16.Internationale en niet-gouvernementele organisaties, met inbegrip van handelsverenigingen en wetenschappelijke verenigingen, dienen de verspreiding van informatie over een schonere produktie te verbeteren door bestaande gegevensbestanden zoals het "International Cleaner Production Clearing House" (ICPIC) van het UNEP, de "Industrial and Technological Information Bank" (INTIB) van de UNIDO en de ICC/IEB, alsmede nationale en internationale informatiesystemen, in een netwerk onder te brengen.
B.Bevordering van verantwoordelijk ondernemerschap
Uitgangspunten
30.17.Ondernemerschap is een van de belangrijkste drijvende krachten voor vernieuwing. Het verhoogt de efficiëntie van de markt en speelt in op uitdagingen en kansen. In het bijzonder spelen kleine en middelgrote ondernemers een zeer belangrijke rol in de maatschappelijke en economische ontwikkeling van een land. Dikwijls zijn zij het belangrijkste middel voor ontwikkeling van landelijke gebieden, waarbij werkgelegenheid buiten het boerenbedrijf vergroot wordt en de overbruggingskredieten verschaft worden om vrouwen in staat te stellen beter in hun eigen levensonderhoud te voorzien. Verantwoordelijk ondernemerschap kan een belangrijke rol spelen bij het verbeteren van de doelmatigheid in het gebruik van de hulpbronnen, het reduceren van risico's en gevaren, het minimaliseren van de hoeveelheden afval en het waarborgen van de kwaliteit van het milieu.
Doelstellingen
30.18.De volgende doelstellingen worden voorgesteld:
(a)Stimulering van het concept van rentmeesterschap inzake het beheer en gebruik van natuurlijke hulpbronnen door ondernemers;
(b)Toename van het aantal ondernemers in bedrijven die een beleid van duurzame ontwikkeling onderschrijven en implementeren.
Activiteiten
30.19.Regeringen dienen de vestiging en activiteiten van duurzaam geleide ondernemingen aan te moedigen. Een stimuleringspakket zou onder meer kunnen bestaan uit regulerende maatregelen, economische prikkels en stroomlijning van administratieve procedures, teneinde een maximale doelmatigheid bij de behandeling van aanvragen tot goedkeuring te garanderen, ter vergemakkelijking van investeringsbeslissingen, -advies en -bijstand met behulp van informatie, infrastructurele ondersteuning en rentmeesterschap.
30.20.Regeringen dienen in samenwerking met de particuliere sector de instelling van risicokapitaalfondsen voor projecten en programma's voor duurzame ontwikkeling aan te moedigen.
30.21.In samenwerking met het bedrijfsleven, de universitaire wereld en internationale organisaties dienen regeringen scholing in de milieu-aspecten van het bestuur van een onderneming te ondersteunen. Tevens dient aandacht geschonken te worden aan stageprogramma's voor jongeren.
30.22.Het bedrijfsleven, met inbegrip van multinationale ondernemingen, dient gestimuleerd te worden om mondiaal bedrijfskundige beleidslijnen ten behoeve van duurzame ontwikkeling in te voeren, maatregelen te nemen die waarborgen dat milieuverantwoorde technologieën beschikbaar worden gesteld aan dochterondernemingen in ontwikkelingslanden die grotendeels eigendom zijn van het moederbedrijf, zonder extra externe kosten, alsmede buitenlandse vestigingen te stimuleren procedures aan te passen aan de plaatselijke ecologische omstandigheden, en ervaringen te delen met plaatselijke overheden, regeringen en internationale organisaties.
30.23.Het grootschalige bedrijfsleven, met inbegrip van multinationale ondernemingen, dient te overwegen samenwerkingen op te zetten met kleine en middelgrote ondernemingen, ter bevordering van de uitwisseling van ervaring inzake managementvaardigheden, marktontwikkeling en technologische deskundigheid, voor zover van toepassing, met steun van internationale organisaties.
30.24.Het bedrijfsleven, met inbegrip van multinationale ondernemingen, dient nationale adviesraden voor duurzame ontwikkeling in te stellen en ondernemerschap in de formele en informele sector te helpen bevorderen. De opname hierin van vrouwelijke ondernemers dient te worden gestimuleerd.
30.25.Het bedrijfsleven, met inbegrip van multinationale ondernemingen, dient het onderzoek naar en de ontwikkeling van milieuverantwoorde technologieën en systemen voor milieubeheer uit te breiden in samenwerking met de universitaire wereld en wetenschappelijke en technische instanties, waarbij, voor zover van toepassing, een beroep gedaan wordt op de kennis van inheemse bevolkingsgroepen.
30.26.Het bedrijfsleven, met inbegrip van multinationale ondernemingen, dient verantwoordelijk en ethisch beheer van produkten en processen te garanderen vanuit het oogpunt van gezondheid, veiligheid en milieuaspekten. Voor dit doel dient het bedrijfsleven in verhoogde mate gebruik te maken van zelfregulerende maatregelen, op basis van passende gedragscodes, handvesten en initiatieven die in alle onderdelen van bedrijfsplanning en besluitvorming geïntegreerd dienen te worden, en dient het een open dialoog te onderhouden met werknemers en het publiek.
30.27.Multilaterale en bilaterale instellingen voor financiële hulp dienen het ondersteunen van kleine en middelgrote ondernemers die betrokken zijn bij activiteiten van duurzame ontwikkeling voort te zetten.
30.28.Organisaties en instanties van de Verenigde Naties dienen mechanismen voor de bijdragen van het bedrijfsleven als ook de processen voor de formulering van beleidsmaatregelen en strategieën te verbeteren om te garanderen dat bij buitenlandse investeringen milieu-aspecten voldoende nadruk krijgen.
30.29.Internationale organisaties dienen de steun voor onderzoek en ontwikkeling inzake het verbeteren van de technologische en bestuurskundige vereisten voor duurzame ontwikkeling te vergroten, in het bijzonder voor kleine en middelgrote ondernemingen in ontwikkelingslanden.
Middelen ter implementatie
Financiering en Kostenraming
30.30.De activiteiten die onder dit programmaterrein zijn opgenomen, zijn hoofdzakelijk veranderingen in de oriëntatie van bestaande activiteiten, en er wordt niet verwacht dat er aanzienlijke bijkomende kosten zullen ontstaan. De kosten van activiteiten van regeringen en internationale organisaties zijn reeds opgenomen in andere programmaterreinen.